Mijn schoenen vol met zand

Een wandeltocht vanuit Iran naar Nederland.

In verband met privacy zijn de namen in dit verhaal gewijzigd.

De allereerste keer, dat is altijd indrukwekkend. Of het nou je eerste keer vliegen is of je eerste keer seks, ongeacht of je ervaring positief of negatief was, het zal je altijd bij blijven.

Vlechtjes en kraaltjes

Het was een zomermiddag in Appelscha, het dorpje waar ik vlakbij in een azc woonde. Ik was pas één jaar in Nederland. Op het kamp speelde ik graag met andere kinderen. We vonden troost bij elkaar in de voor ons onvoorspelbare tijden. Mijn beste vriendinnetje kwam uit Angola en heette Valery. Zij had een donkere huidskleur, zo donker als de nacht en haar huid schitterde heel mooi in de zon. Ze had prachtig krullende wimpers en altijd vlechtjes in met onderaan ieder vlechtje een paar kraaltjes. We speelden meestal met de andere kinderen op het kamp maar die zomerse middag gingen wij, met toestemming, van het kamp af om naar Appelscha te gaan, want ik had daar twee echte Friese vriendinnen; Emma en Lisa. Na al dat spelen kregen wij lekkere trek dus besloten wij naar de lokale drogisterij te gaan voor een zak snoep.

Geen asielzoekertjes hier

Emma, Lisa, Valery en ik hadden net voet gezet in de winkel en de medewerkster liep naar ons toe. Ze keek ons over haar bril heen aan en zei met een norse stem “weg wezen, geen asielzoekertjes hier in mijn winkel en al helemaal geen zwarte”. Op dat moment viel alles stil en leek het alsof alles in slow motion ging. Ik voelde een koude rilling over mijn rug gaan en mijn hart sloeg over, je weet wel, dat gevoel wat je krijgt wanneer je een traptrede mist. Valery en ik keken elkaar vol onbegrip aan terwijl Emma en Lisa ons geschrokken toekeken. Met z’n vieren liepen wij de winkel uit en barstten allemaal in tranen uit. Even later stonden wij weer in de winkel, nu versterkt door de moeder van Emma die kwaad was over wat ze zojuist had gehoord. Ik weet niet meer hoe het afgelopen is, maar ik weet wel dat het voor mij alles heeft veranderd. Door die paar woorden uit de mond van die dame verdween een stukje kind in mij. Voorheen dacht ik dat monsters in het donker aan het loeren waren of dat ze mijn enkel onder het bed vandaan zouden grijpen. Die dag kwam ik tot het besef dat echte

monsters mensen zijn en dat was mijn eerste keer.

Vieze vluchteling

Kinderen zijn nog onbevlekt, die kennen discriminatie niet, toch? Enkele maanden na dat incident hadden wij een uitje naar Oranjestad, een indoor pretpark. Het azc organiseerde soms leuke dingen voor de kinderen zodat wij even afleiding hadden. Met een bus vol gingen wij erheen. Emma mocht ook met ons mee. Wat een heerlijke dag, zoveel attracties, lekker patat eten, even vergeten dat je in een caravan woont en geen zicht hebt op je toekomst. Zoals ieder ander negenjarig meisje wilde ik graag de achtbaan in. Emma en ik wisten naast elkaar een plek te bemachtigen in het laatste wagonnetje. Vlak voordat we ons moesten vastklikken met een stang die over onze benen heen ging, draaiden de twee meisjes voor ons zich om. Ze bekeken mij en begonnen te lachen, maar dan op een niet zo grappige manier. “Op donderen naar je eigen land vieze vluchteling” en BAM!

Ik deed met moeite mijn ogen open en kon wazig zien dat Emma huilend over mij heen hing met naast haar de meneer die de achtbaan bediende. Ik voelde mijn hoofd bonken en proefde bloed in mijn mond. Mijn neus deed pijn en bloedde. Zij had mij bewusteloos geslagen. Emma had op dat moment snel de veiligheidsgordel over onze benen heen getrokken. Ze had met haar rechterarm mijn hoofd gedurende het ritje vastgehouden uit angst dat mijn slappe lichaam uit het toestel zou vallen. Zelf heb ik niets meegekregen van het ritje. Eenmaal terug bij het perron, waren de meiden weggerend. Uiteindelijk waren zij opgepakt dankzij de beschrijvingen van Emma. Ze waren 13 en 14 jaar oud en kregen een verbod op het park.

Nederlandse gezegden

Als kind heeft dit mij veel gedaan. Ik begon te denken in termen als “de goede Hollanders” en “de enge Hollanders”. Ik leerde op afstand in te schatten wie kwade zin had. Ik was bang. Ik merkte al snel dat ik overal en altijd mezelf moest verdedigen en moest vaak uitleggen dat ik geen gelukszoeker was. Ik moest mezelf bewijzen, laten zien dat ik geen crimineel was. Het is grappig dat ik dit in de verleden tijd schrijf, want eigenlijk is het altijd nog zo. Het verschil is dat ik steeds beter ben geworden met het onderscheid maken tussen die “goede” en “enge” mensen. Het begint meestal met de vraag “waar kom je vandaan?”. Zodra ik zeg dat ik uit Iran kom, kan ik van iemands gezicht aflezen hoe diegene tegenover mij staat. Als ik geluk heb, krijg ik een glimlach en wordt er snel gerefereerd naar “Perzië”. Dan gaan de gesprekken snel over geschiedenis, cultuur en eten. Het is mij

opgevallen dat dit vaak mensen zijn die enige educatie hebben genoten. Als ik pech heb, krijg ik een angstige blik met soms een vleugje medelijden alsof ik zojuist van plan was om mijzelf op te blazen met een kernbom. Slechte grap misschien? De woorden die hierna volgen zijn vaak “oh wat erg dat je uit oorlog komt, wat naar voor je dat je daar geboren bent”. Soms krijg ik zelfs met teleurstelling te horen “ik dacht iets Spaans of zo, Iraans had ik je niet gegeven”. Alsof hun aannamen op dat moment over mij niet passen bij het land waar ik vandaan kom. Op de een of andere manier betrap ik mijzelf erop dat ik alsnog mijn best doe om te bewijzen dat ik geen crimineel ben. Ik ga dan extra Nederlandse gezegden gebruiken als ik spreek en grijp graag mijn kans om te vertellen dat ik studeer en werk. Zo van “kijk mij de goed ingeburgerde allochtoon zijn”. Achteraf walg ik dan van mezelf, maar het gebeurt gewoon. Gaandeweg als mensen mij beter hebben leren kennen, krijg ik het compliment “nou je bent niet zoals die andere buitenlanders”. Ik kan me voorstellen dat het lief bedoeld is maar dat is het niet. Alsof het zijn van een buitenlander een slecht iets is.

One of the guys
In retrospectief ben ik mij gaan afvragen of ik ooit eerder met discriminatie te maken heb gehad. Die dagen hebben zo een indruk op mij gemaakt dat het even voelde alsof ik nooit eerder discriminatie had meegemaakt. Was dat dan zo? Als volwassen vrouw nu, herinner ik mij mijn tijden in Iran en hoe oneerlijk het voelde wanneer ik als meisje iets niet mocht maar mijn neef bijvoorbeeld wel. Jongens waren altijd superieur aan de meisjes, want dat waren de regels. Maar omdat iets rechtmatig is, betekent het niet dat het ook rechtvaardig is. Misschien kwam mijn drang om “one of the guys” te zijn in mijn puberteit hierdoor.

Verlaten
Er zijn verschillende vormen van discriminatie die ik heb meegemaakt. Gebaseerd op mijn afkomst, gebaseerd op mijn geslacht en de nieuwste die ik aan mijn collectie kan toevoegen, discriminatie gebaseerd op het zijn van een alleenstaande moeder. Ha! Jij dacht dat ik klaar was?

Als jonge alleenstaande moeder heb ik wel dagelijks te dealen met mensen die aannamen hebben over mij. Ik hoor regelmatig “oh ben je een alleenstaande moeder? Wat erg dat HIJ je verlaten heeft”. Nogmaals, goed bedoeld maar wie zegt dat HIJ mij verlaten heeft? Ooit over nagedacht dat er zat alleenstaande moeders zijn die bewust de keuze hebben gemaakt om alleen hun kind op te voeden? Dat is misschien geen discriminatie te noemen in eerste opzicht, maar door die aannamen gaan mensen een bepaald

beeld van je hebben. Alsof ze dan twijfelen aan je capaciteiten. Ik ontmoette nieuwe mensen op een feestje van een vriendin en zij hoorden dat ik een alleenstaande moeder ben, hun reactie: “red je het wel met een uitkering?”. Je had mijn hoofd moeten zien op dat moment, die nam bijna een enkeltje terug naar Iran. Aan het begin van mijn opleiding maakten we kennis in een kring. Ik vertelde dat ik een dochter had van destijds één jaar waarop een klasgenoot riep: “moet jij niet thuis zijn bij je kind en huishouden doen ofzo? Een studie is wel erg ambitieus voor jou”. Op dat moment wilde ik de grond in zakken.

Feedback
Tegenwoordig word ik door anderen beschreven als een “pittige tante”. De een stelt mijn directheid op prijs en de ander noemt het intimiderend. Recent nog, kreeg mijn mannelijke klasgenoot complimenten omdat hij zich had uitgesproken over een kwestie waar hij het niet mee eens was. Toevallig een week later, kreeg ik van dezelfde docent te horen dat ik soms mijn mening voor mij moest houden, dat ik te direct ben en dat het als arrogantie opgevat kan worden. Begrijp me niet verkeerd, dit was een rustige setting. Mijn docent gaf aan dat dit haar “feedback” was en dat zij hoopte dat ik hiervan zou groeien.

Wandel mee

Waarom worden zijn woorden gewaardeerd en de mijne niet? Waarom word ik nagekeken in de winkel en een ander niet? Waarom moet ik mij altijd verantwoorden voor wie ik ben en ander niet? Ik wil niet leven in een constante strijd tegen andere mensen. Ik geloof graag dat het onwetendheid is waardoor mensen lelijk worden. Het is dan ook mijn plicht om de dialoog aan te gaan en kennis en ervaringen over te dragen. Dat meisje van het incident in de achtbaan heb ik vergeven, want zij wist niet beter en het was hetgeen wat zij vanuit huis had meegekregen. Ik verontschuldig mij niet voor de wegen die ik heb bewandeld want dat heeft mij gemaakt wie ik nu ben. Ben ik te direct? Voelt iemand zich geïntimideerd door mijn aanwezigheid? Laat diegene eerst in mijn schoenen wandelen, mijn achtjarige schoenen die dagenlang in levensgevaar door de bossen hebben gewandeld onderweg naar Nederland. Laat diegene eerst wandelen in mijn schoenen vol met zand. Vertel diegene om vervolgens mijn schoenen uit te trekken en naast mij te komen zitten. Dan kunnen wij handen vasthouden en even samen ademhalen. Wij zijn allemaal verdwaalde zielen op zoek naar liefde, saamhorigheid en momentjes van geluk.

(This blog was produced by authoress Niusha Froozesh and uploaded by Karin Drda-Kühn.)

(picture credits: Pixaby CC)

Please follow and like us: